Deze vragenlijst is bedoeld om te meten in welke mate je aan een bepaald persoon gehecht bent. Geef voor elke uitspraak aan in hoeverre je het eens of oneens bent met de uitspraak. Lees op de streepjes de naam van de betreffende persoon.

1. Het is belangrijk voor mij dat ik __________ kan zien of spreken.
2. Ik denk aan__________wanneer hij/zij er niet is.
3. Ik kijk er naar uit om ________ te zien.
4. Ik vind het vervelend als ik niet met __________ kan zijn.
5. Mijn relatie met __________ is anders dan elke andere relatie die ik heb gehad.
6. Het zou moeilijk voor mij zijn om _________ te vervangen met iemand anders.
7. Ik geniet ervan om met __________ te zijn.
8. Nadat we elkaar een tijdje niet gezien hebben, zie ik er naar uit om __________ weer te zien.
9. Ik zou nooit dezelfde soort relatie met iemand kunnen hebben als ik met __________ heb.
10. Ik vind het vervelend als __________ er niet is op de momenten dat hij/zij er normaal wel is.
11. Ik heb graag contact met __________, al is het maar even.
12. Soms mis ik __________ wanneer hij/zij er niet is.
13. __________ is belangrijker voor mij dan de meeste andere mensen.

Bronnen


Parish, M. (1999). The Nature of the Patient's Tie to the Therapist. Dissertation Gordon F. Derner Institute of Advanced Psychological Studies, Adelphi University.