Competentiebenadering

Richt zich op het beschrijven van wat autistische mensen en hun behandelaren concreet moeten doen of laten om effectief te zijn.

Belang

 
De competentiebenadering van autisme identificeert gedragingen van behandelaren, autistische mensen en naasten die wel of juist niet effectief zijn. Het richt zich op het beschrijven van wat autistische mensen en mensen om hen heen concreet moeten doen of laten wanneer ze belangrijke waarden willen realiseren.
 

Autismepaspoort

 
Naam benadering Competentiebenadering, gedragsmatige benadering
Grondlegger Carl Rogers
Beroep klinisch psycholoog
Instelling Center for the Person
Nationaliteit Amerika
Medestanders Compensatiebenadering, transdiagnostische benadering
Tegenstanders Diagnostische benadering
 

Uitgangspunten

1
In de klinische psychologie overschaduwt onderzoek naar de effectiviteit van behandelmethoden het onderzoek naar de effectiviteit van behandelaren, ongeacht de specifieke methode die zij hanteren. Wanneer er wel onderzoek wordt verricht naar factoren die effectieve en niet-effectieve therapeuten van elkaar onderscheiden vertalen de geïdentificeerde factoren zich meestal niet naar concreet gedrag.
2
Hetzelfde probleem doet zich voor bij patiënten. Klinisch onderzoek richt zich in de meeste gevallen op het meten van vermindering van symptomen, niet op het identificeren van het concrete gedrag dat effectieve personen onderscheidt van niet-effectieve personen. In behandelingen is het daardoor vaak niet duidelijk welk gedrag in relatie tot de gezondheid afgeleerd moet worden en welk gezondheidsgedrag aangeleerd moet worden.
3
Klinisch onderzoek naar autisme is meestal gericht op het vergelijken van de vermogens van autistische mensen met die van neurotypische mensen. Veel problemen van autistische mensen betreffen echter blijvende psychische beperkingen, waardoor het aan te leren gedrag niet zo zeer bestaat uit het gedrag dat neurotypische mensen vertonen als wel uit gedrag dat vertoond wordt door autistische mensen die effectief met hun beperking omgaan. Er is daarom onderzoek nodig waarin autisten onderling worden vergeleken, in termen van hoe effectief zij met hun beperkingen omgaan.
4
In de competentiebenadering van autisme wordt op gedragsniveau onderzocht wat effectief gedrag van behandelaren is en wat niet-effectief gedrag is. Ook wordt onderzocht welk gedrag van autistische mensen effectief is in het omgaan met hun beperkingen en welk gedrag niet-effectief is. Hiervoor is ervaringskennis van autistische volwassenen en hun naasten noodzakelijk.
5
Het toepassen van de competentiebenadering op autisme wordt bemoeilijkt door de grote heterogeniteit binnen het autistisch spectrum en door grote verschillen in context, waardoor wat effectief is voor de één of in de ene context niet perse ook effectief is voor de ander. Een competentiebeschrijving dient daarom altijd indicatoren en contra-indicatoren te geven, die aangeven wanneer het beschreven gedrag wel of niet van toepassing is.
6
Naast het onderzoeken van kritische incidenten in termen van het gedrag dat vertoont wordt door de behandelaar of door autistische mensen is ook onderzoek nodig naar kritische incidenten in termen van de kenmerken van de interactie tussen autistische mensen en anderen.

Ontwikkeling

  • 1951-1954Rogers

    De Amerikaanse klinisch psycholoog introduceert de competentiegerichte benadering in de klinische psychologie. Rogers onderzoekt de effectiviteit van psychotherapie en rapporteert zijn resultaten in Client-Centered Therapy: Its Current Practice, Implications and Theory (1951) en Psychotherapy and Personality Change (1954). Hierin beschrijft hij niet alleen "empathie tonen", "accepteren van de cliënt" en "congruentie tonen" als competenties die effectieve psychologen onderscheiden van niet-effectieve psychologen, maar noemt hij ook "acceptatie van eigen ervaringen" en "uitbreiding van gedrag" als competenties die verstoorde en herstelde cliënten van elkaar onderscheiden.
  • 1954Flanagan

    De Amerikaanse arbeids- en organisatiepsycholoog John Flanagan introduceert de critical incident technique als een methode voor het analyseren van redenen waarom leerlingen of beroepsbeoefenaars falen of slagen. Informatie over specifieke incidenten wordt verzameld om een relatief objectieve en concrete definitie van effectief en niet-effectief gedrag in relatie tot een bepaalde activiteit te geven.
  • 1991Miller & Rollnick

    In het boek Motivational Interviewing: Preparing People to Change Addictive Behaviour introduceren de Amerikaanse en Britse klinisch psychologen William Miller en Stephen Rollnick motiverende gespreskvoering als een methode voor het motiveren van mensen met een alcoholverslaving om hun gedrag te veranderen. Hun methode is gebaseerd op het werk van Rogers en hun eigen onderzoek naar effectief en niet-effectief gedrag in het motiveren van mensen tot gedragsverandering. Het vormt daarmee een vernieuwing van de aandacht op een competentiegerichte benadering in de klinische psychologie.
  • 1997Luborsky e.a.

    In het artikel The Psychotherapist Matters: Comparison of Outcomes Across Twenty-Two Therapists and Seven Patient Samples stellen Amerikaanse onderzoekers dat de kwaliteiten waar een goede therapeut volgens supervisoren en andere experts aan moeten voldoen weinig samenhang vertonen met de uitkomsten van behandelingen. Zij concluderen dat er meer onderzoek nodig is naar het concrete gedrag van de behandelaar in de behandelkamer.
  • 2017Netwerk Kwaliteitsontwikkeling GGz

    De publicatie van de zorgstandaard autisme en de bijlage met kwaliteitscriteria vormen een eerste aanzet voor een beschrijving van effectief en niet-effectief gedrag van behandelaren in de omgang met volwassenen met autisme. Als competenties worden onder anderen genoemd: samen beslissen, evidentiegeïnformeerd werken, benutten van ervaringskennis en cliëntgericht werken.

Betekenis voor autismevriendelijk Nederland

 
In autismevriendelijk Nederland zijn onderzoekers en behandelaars minder gericht op het ‘verminderen van symptomen’ onder autistische patiënten en meer gericht op het 'leren omgaan met beperkingen'. Hiervoor is kennis beschikbaar over het gedrag van autistische en neurotypische volwassenen dat effectief is in het omgaan met autisme en over het gedrag van behandelaren dat effectief is in het werken met autistische volwassenen.
 

Comments are closed.