Hoofd
‘Tusken himel en ierde’, staat er op het feloranje bordje. Ik besluit de pijl naar rechts te volgen. Tussen hemel en aarde, daar ben ik eigenlijk altijd, al was dit tot nu toe niet in het zuidwesten van Friesland. Letterlijk genomen klopt het misschien niet: mijn voeten, in wandelschoenen gestoken, lopen over het asfalt en raken dus de aarde. Maar mijn hoofd bevindt zich doorgaans wel in de iets hogere regionen. Mijn arme, volgestouwde hoofd. Barstensvol prikkels.
Geluiden
In mijn vorige huis, in Gelderland, waren altijd geluiden te horen. De buren onder mij, naast mij, tegenover mij. Mensen op straat. Kroeggangers, snackbarvolk. Het geratel van rolkoffertjes. Het geraas van het verkeersknooppunt, niet al te ver weg. De treinen, de spoorwegovergang. Alsof heel de wereld zich voortdurend kenbaar wilde maken. Alles draaide en draaide maar door. Ik wou niet meedraaien – ik wou de andere kant op.
Huisje
Die andere kant, daar ben ik nu. De grote, weidse provincie met slechts 193 inwoners per vierkante kilometer, de stilste van het hele land. Een jaar heb ik gezocht naar dit huisje met knotwilgen in de achtertuin en uitzicht over de weilanden, tot aan de IJsselmeerdijk. Het blijkt er een komen en gaan: van koolmezen en vinken, van eenden en meerkoeten in de ringvaart die mijn tuin begrenst, reigers, een aalscholver die zijn veren droogt, hazen op het land, de silhouetten van reeën in de verte. Gekwetter hoor ik, getsjilp, gesnater. Koerende duiven en heel zwak het blaffen van een hond op een boerenerf. Maar mensengeluiden hoor ik nauwelijks.
Koptelefoon
Heel soms komt er een auto voorbij, amper harder dan stapvoets. Er spelen wel eens kinderen. En in het weekend, aan de overkant van de straat: een elektrische grasmaaier. Even zoeken tussen de verhuisdozen tot ik mijn koptelefoon met noise cancelling gevonden heb. Het loont nauwelijks de moeite, want een half uurtje later is de herrie weer voorbij. Toch heel wat anders dan voorheen. Hele dagen met een koptelefoon op geeft op den duur een vervreemdend onderwatergevoel. De noise cancelling is een uitkomst, maar mentaal gezien is het geen pretje om je altijd maar teweer te moeten stellen tegen de buitenwereld. Mijn hoop is dat in deze stille provincie mijn belastbaarheid een stuk beter zal worden.
Rust
Waar zal ik uitkomen, als ik ‘Tusken himel en ierde’ volg? Het pad loopt de weilanden in. Brede sloten met kabbelend water aan weerszijden. Frieda mag los. Terwijl ik de riem losklik, kijkt ze me aan. Haar staart zwiept. Dan stuift ze er vandoor. Haar oren wapperen in de wind. Mocht er een tractor of een fietser naderen, dan kan ik die van kilometers ver zien aankomen. Diep ademhalend draai ik een rondje. Overal het blauw van de hemel, het groen van het gras, zo fel dat het bijna hallucinant is. Boerderijen liggen her en der verspreid in het land. Windmolens draaien. Eventjes voel ik bijna tranen opkomen. Rust. Eindelijk.
Arda, wat heb je een prachtige blog geschreven! Van harte gefeliciteerd daarmee! Ik kijk uit naar je volgende verhalen.
Dankjewel
Herkenbaar blog! 🙂 mooi geschreven
Dankjewel
Wat een mooie blog! Ik heb echt het gevoel dat ik een stukje met je meeloop, letterlijk en figuurlijk. Ik ben benieuwd of en hoop dat je verwachtingen uitkomen wat betreft je belastbaarheid. Daar lezen we later vast meer over!
Vast wel!
Mooie blog hoor!