Aan het eind van de middag vind ik mezelf terug op bed, mijn benen onder de dekens en mijn laptop op schoot. Zo kan ik het nog net aan. Ik had getwijfeld of ik de webinar over autisme wel zou volgen. Niet dat het me niet interessant leek, maar mijn werkdag was al zo zwaar geweest, dat ik er de energie amper voor op kon brengen.
De webinar heeft een positieve insteek: kijk niet naar het gedrag of naar de problemen, maar naar het kind daarachter. Wat heeft het van jou nodig om verder te kunnen? Mooi verwoord en ontzettend waar. Het gaat echter niet alleen over mijn dochter en over mijn leerlingen op school, ik voel me ook persoonlijk aangesproken. En daar was ik niet op voorbereid.
Confronterende spreekster
Als de kenmerken van autisme benoemd worden, gaat het altijd over beperkingen. Logisch, autisme wordt niet voor niets een ontwikkelingsstoornis genoemd. Maar wanneer de spreekster vertelt dat haar man de diagnose heeft en thuiszit, omdat hij volledig afgekeurd is, komt dat wel binnen.
Ik ben juist aan het reïntegreren vanuit mijn derde burn-out binnen de veertien jaar dat ik voor de klas sta. Pas de laatste jaren weet ik dat mijn overwerktheid grotendeels voortkomt uit autisme en dat het mede daardoor is dat ik steeds over mijn eigen grenzen heen ga. Sterker nog: ik weet vaak niet eens waar die grenzen liggen!
Hoe langer ik naar het webinar luister, hoe mismoediger ik me voel. Er ontstaat een brok in mijn keel, die elke minuut groter wordt. Ondanks dat er tips gegeven worden, maakt de opsomming van beperkingen me verdrietig. Ik vraag me steeds meer af hoe ik het tot nu toe voor elkaar heb gekregen ‘normaal’ te functioneren. En nog meer: zal ik dit volhouden of val ik uiteindelijk óók definitief uit?
Het gaat net de goede kant op; ik ben mijn uren op het werk aan het uitbreiden. Collega’s zijn blij met me, mijn leerlingen tevreden en mijn teamleider heeft vertrouwen in me. Laat ik me dan echt door één zware werkdag en een paar feitjes uit een webinar de put in praten?
Positief blijven
Ik houd me nog aan de rand vast, probeer positief te blijven, maar hoor dan een laatste feit: slechts 28% van de mensen met autisme heeft een betaalde baan. Zie je wel?, denk ik direct, terwijl ik de grond onder me weg voel zakken. Ik kan wel mijn best blijven doen, maar uiteindelijk word ik vast ook afgekeurd, hoor ik ook bij die overgrote meerderheid.
Het helpt niet, jezelf zo de put in te praten, maar het is soms zo veel makkelijker dan positief te blijven. Even blijf ik nog op de bodem liggen. Lusteloos, leeg. Straks ga ik wel op zoek naar thee, chocolade en vriendinnen. Ik vertrouw erop dat zij me helpen overeind te krabbelen. En met een beetje geluk komt dan ook mijn zelfvertrouwen weer terug.