Zolder opruimen
Tijdens het opruimen van de zolder vond ik terug wat ik vijftien jaar eerder maakte voor het vak beeldende vorming op de middelbare school. Een van de opdrachten was het maken van een zelfportret (zie foto). Ik maakte met gips een afdruk van mijn gezicht en gebruikte andere materialen om er een heel hoofd van te maken. Mijn eigen hoofd was letterlijk mijn zelfportret, wel zo duidelijk. Door verschillende kleuren en materialen te gebruiken, gaf ik mijn innerlijk weer.
De houten sokkel waarop mijn hoofd staat, belichaamt mijn kern. De sokkel is roze, mijn favoriete kleur, en er ontsproten verschillende gekleurde, sierlijke lijnen uit. De lijnen stonden voor mijn, soms kinderlijke enthousiasme, mijn creativiteit en de associaties die ik maak, die niet altijd iedereen begrijpt.
De kleuren en materialen die ik voor het bedekken van mijn hoofd gebruikte, laten zien wat er in mij omging. Het kleurcontrast tussen het aluminiumfolie en de zwarte verf en het schuurpapier staat voor mijn zwart-wit denken. Het zwart staat voor mijn verdriet en het schuurpapier voor het schuren van de worstelingen in mijn binnenwereld met het vinden van mijn weg in de buitenwereld.
Het weerzien met mijn zelfportret raakte me. Ik denk dat ik als zestienjarige niet besefte hoeveel kwetsbaarheid ik had gelegd in deze opdracht. Als dertiger voelde ik me weer even dat tienermeisje: eenzaam, met donkere gedachtes, naar binnen gekeerd en met het hoofd naar voren gebogen. Zelden zichzelf en ontspannen, maar zich soms gelukkig toch ook al wel bewust van haar kwaliteiten en vrolijkheid.
De middelbare school
Zoals zovelen vond ik mijn middelbareschooltijd niet het hoogtepunt van mijn leven. De dynamiek tussen de klassen, leerniveaus, leerlingen en leerlingen en docenten… Het gaf me een gevoel van ongemak. Dan waren er ook nog die continue veranderingen:
- iedere vijftig minuten wisselen van les, lokaal en soms zelfs ook van schoolgebouw (met ieder hun eigen sfeer, geur en temperatuur),
- ieder jaar nieuwe klasgenoten en docenten,
- de overgang van de eerste naar de tweede fase en
- de periodieke verandering van het lesrooster.
En dan heb ik het nog niet eens over de veranderingen in mijn lichaam.
Gelukkig waren er ook leuke periodes en momenten. Ik raakte bijvoorbeeld bevriend met een klasgenoot die ik tot op de dag van vandaag zie.
Thuis
In de tweede klas werden alle leerlingen uit mijn klas door de GGD gescreend op psychische problemen. Ik testte positief en werd uitgenodigd voor een gesprek. Alleen al het benoemen dat mijn ouders waren gescheiden toen ik op de basisschool zat, deed me in huilen uitbarsten. De scheiding ging gepaard met veel veranderingen en negatieve emoties en mijn thuissituatie bleef daarna instabiel.
Het gesprek met de medewerker van de GGD haalde de kurk van de fles. Ik belandde in een depressie en ik bleef weken thuis van school. In de tussentijd werd er een team van zorg om mij heen opgetuigd en ik sprak drie jaar lang wekelijks met een psycholoog.
Verbeelding als uitlaatklep
Ondanks het voortduren van mijn depressie en instabiele thuissituatie, ging ik weer naar school. Presteren in vakken werd een uitlaatklep. Ik ging ieder jaar over en ondanks dat ik me er niet altijd op mijn plek voelde, wilde ik naar school gaan.
Een les waar ik me altijd op mijn plek voelde was beeldende vorming. Met een kleine groep leerlingen werkten we aan werkbanken aan onze objecten. De lessen gingen meer in een flow dan de andere lessen en onze docent was jong, open en eerlijk. Ooit won ik zelfs een weddenschap van hem. Ik had hem me een taart doen beloven als hij voor de zoveelste keer mijn platte, dorpse, dialect nadeed. Hij kwam zijn afspraak na, die taart kreeg ik. Ik vond het fantastisch.
We maakten verschillende opdrachten voor het vak, waarin ik iedere keer werd uitgedaagd om mijn innerlijke wereld uit te beelden in iets tastbaars. Dat je in dit vak schoolexamen kon doen, vond ik fascinerend. Het voelde helemaal niet als leren. En hoe bepaalde de docent wanneer ons werk goed genoeg was? Ik had geen idee, maar het maakte me ook niet zoveel uit.
Ik herinner me dat ik tijdens deze les mezelf kon zijn, zelfs met een plat, dorps dialect. Ik was niet, zoals bij de andere vakken, bezig met de eisen waaraan de opdrachten moesten voldoen om een goed cijfer te halen, maar ik ervaarde het als ontspanning.
Het zelfbeeld
Sinds ik mijn zelfportret terugvond op zolder staat het in mijn huiskamer. Als herinnering aan wie ik was én trots op wie ik was en wie ik ben geworden (alleen heeft de sokkel een make-over gekregen om in mijn interieur te passen).
Als ik nu een zelfportret zou maken dan zou ik het omdraaien. De sokkel zou ik maken van lichtgrijs beton, als symbool voor een stevige basis. Ik heb namelijk dankzij mijn autismediagnose (die ik overigens pas op mijn 32e kreeg) mijn worstelingen in het verleden kunnen plaatsen en dat heeft me een berg zelfkennis én zelfliefde opgeleverd. Mijn gezicht zou ik roze schilderen en daaroverheen zou ik sierlijke, gekleurde lijnen aanbrengen. Een lijn voor iedere eigenschap waarvan ik ben gaan houden: mijn sensitiviteit, creativiteit, eerlijkheid, openheid en mijn behoefte aan duidelijkheid, alleen zijn en aan het voeren van diepgaande gesprekken.
Geweldig dat je, mede dankzij de diagnose, die met zichzelf worstelende puber tot een zelfbewuste volwassen vrouw hebt kunnen maken!
Het beeld van het ‘omkeren’ van je zelfportret is heel beeldend en krachtig. Knap dat je toen in je creativiteit al zo veel van jezelf durfde blootgeven, al was het dan deels onbewust.
Bedenk maar dat je ook toen al de eigenschappen had waardoor je nu met zo veel liefde en compassie naar jezelf kunt kijken.
Hee Bob!
Dankjewel voor het lezen en je reactie, die doet me goed 🙂
Liefs
Dankjewel Bob om als eerste te reageren. Van mezelf begon ik het een beetje ongemakkelijk te vinden. Maar lieve Sabine, wat heeft deze blog weer veel details ter (h)erkenning waar ik op zou willen reageren. Even een aantal noemen: – De middelbare schooltijd. Elk jaar weer nieuwe leerlingen en docenten heb ik niet altijd als een nadeel ervaren. Vooral de overstap van 5 havo naar 5 vwo was voor mij heel prettig. Veel meer diepgang in de gesprekken. Heerlijk. Eindelijk een groep waar ik bij hoorde (jongens en meiden) i.p.v. een enkele vriend. – Maar ook de ontwikkeling van je… Lees verder »
Hoi Hans, bedankt voor je reactie en het beschrijven van de herkenning.
Ik ben het helemaal met je eens wat betreft het verhaal van de kunstenaar, heel interessant lijkt me dat om te lezen.
Tot de volgende blog, Sabine