Innerlijke strijd
Al maanden broed ik op een nieuwe blog. Diverse onderwerpen hebben me geïnspireerd om te beginnen met schrijven. Maar steeds kwam ik niet verder dan een paar zinnen. De woorden die ik op papier zette, zijn niet de woorden die nu gehoord willen worden. In mijn gevoelswereld is een strijd gaande. Verschillende overtuigingen over wie en wat ik ben vechten voor hun bestaansrecht. Geen luchtig onderwerp, maar wel iets dat de aandacht verdient. In deze blog beschrijf ik welke recente ontwikkelingen tot mijn innerlijke strijd hebben geleid.
Ongeloof
Na drie jaar werkloos te zijn geweest, vond ik in september vorig jaar een baan als beleidsondersteuner binnen de Rijksoverheid. Ik moest eraan wennen om weer vier dagen per week te werken. Het duurde zeker een half jaar voordat ik een nieuw ritme had gevonden.
Maar er gebeurde nog iets anders. Door eerdere nare ervaringen op de werkvloer verwachtte ik dat ik ook hier met vooroordelen en onbegrip te maken zou krijgen. De eerste maanden tastte ik af hoeveel ik van mezelf kon laten zien voordat mijn collega’s hun geduld zouden verliezen. Gespannen wachtte ik op het moment dat ze zich tegen me zouden keren. Dat moment kwam echter niet. Daardoor raakte ik van slag. Ik was er niet op voorbereid dat ik met zoveel warmte in het team zou worden opgenomen. Hoe is het mogelijk, vroeg ik me af. Is het wel echt, of zie ik alleen wat ik wil zien? En hoe raap ik mezelf weer bijeen als blijkt dat het toch een schijnvertoning is geweest?
Inmiddels begin ik mijn draai te vinden in deze werkomgeving. Mijn angst en wantrouwen ebben langzaam weg en ik voel me veilig genoeg om te geloven dat ik hier écht op mijn plek ben.
Verlies
Twee jaar geleden startte ik een parttime-onderneming als ervaringsdeskundige autismecoach. Middels online gesprekken hielp ik volwassenen met (een vermoeden van) autisme te ontdekken wat dit voor hen betekent. Recent heb ik de keuze gemaakt om mijn onderneming te beëindigen. Ik kan het niet bolwerken naast een baan in loondienst. De beslissing om te stoppen bracht me opluchting: één bal minder om hoog te houden.
Tegelijk voelt het als een verlies. Mensen met autisme worden pas als volwaardig gezien wanneer ze iets doen waarvan wordt aangenomen dat ze er niet toe in staat zijn, of in ieder geval niet zonder de hulp van een niet-autistische persoon. Ze moeten wel bijzonder zijn om zo’n prestatie te kunnen neerzetten. En bijzondere mensen krijgen een podium. Die worden in de schijnwerpers gezet en iedereen wil horen wat ze te vertellen hebben. Ik heb me het grootste deel van mijn leven onzichtbaar gevoeld. Toen ik mezelf coach ging noemen veranderde dat. Mijn woorden leken ineens waarde te hebben voor anderen. Het was een bevrijdende ervaring om gehoord en gezien te worden. Dat geef je niet zomaar op zonder een gevoel van rouw te ervaren.
“Nu ben je niemand meer,” fluistert een stem in mijn hoofd. Een deel van mij is bang dat die stem gelijk heeft.
Trauma
Afgelopen zomer werd ik gediagnosticeerd met PTSS. Daarvoor ben ik momenteel in therapie. Tijdens de sessies wordt duidelijk hoeveel negatieve overtuigingen over mezelf ik heb geïnternaliseerd. Overtuigingen die zijn ontstaan door een opeenstapeling van gebeurtenissen waarbij mijn autistische gedrag direct of indirect werd bestraft. Uit privacyoverwegingen zal ik niet in detail treden. Wel kan ik vertellen dat het kind in mij op een bepaald moment is gestopt van zichzelf te houden. En dat ik structureel compensatiegedrag vertoon om aan mezelf te bewijzen dat ik toch van waarde kan zijn.
Overtuigingen die naar de oppervlakte komen zijn onder andere:
- ik mag niet boos zijn;
- ik ben een aansteller en een aandachttrekker;
- als er iets verkeerd gaat is dat mijn schuld;
- ik ben de liefde en/of vriendschap van anderen niet waard;
- ik hoor niet thuis in deze wereld.
Langzaam worden deze overtuigingen aan het wankelen gebracht. Mijn kindsdeel begint zich af te vragen of het waar zou kunnen zijn dat niet alles mijn schuld is. Dat mijn boosheid in essentie een gezonde emotie is die gevoeld en geuit mag worden. En dat ik evenveel bestaansrecht heb als ieder ander. Niet meer, ook niet minder. Maar precies evenveel.
Vlinder
Door al deze ontwikkelingen ontdek ik nieuwe manieren om naar mezelf te kijken. Daar waar zoveel pijn leefde, ontstaat ruimte voor zelfcompassie. En in die compassie ligt enorme kracht verborgen. Ik leer om als volwassene het kind in mezelf te omarmen in plaats van te straffen. Andersom leert mijn kindsdeel erop te vertrouwen dat mijn volwassen ik er zal zijn om haar te beschermen. Dat is iets groots en geweldigs, ook al voelt het nog onwennig.
Ik ben mezelf dankbaar voor alle stappen die ik heb gezet om te komen waar ik nu ben. En ik ben nieuwsgierig tot wat voor prachtige vlinder ik zal uitgroeien wanneer mijn coconfase voorbij is.
Of ben ik misschien stiekem al een vlinder, die alleen nog een spiegel nodig heeft om haar eigen schoonheid te zien?
Zit je zelf in emotionele nood of heb je mentale klachten? Praat er met iemand over. Op de website heyhetisoke vind je nuttige tips en adviezen.
Prachtig Nathalie, prachtig. Niet alleen je blog, maar ook zo mooi dat je zelf ontdekt hoe mooi je kunt zijn.
Zet de compassie kraan maar steeds een stukje verder open.
Voorzichtig aan want een vlinder is kwetsbaar, maar o zo mooi om te observeren.