Ik aanvaard dat aanvaarding tijd kost
Mijn diagnose is het startpunt voor mijn verwerkingsproces. Als eerste stap aanvaard ik het verwerkingsproces zelf. Ik aanvaard dat het een rationele en emotionele kant heeft en dat rationele acceptatie meestal sneller gaat dat emotionele acceptatie. Ik aanvaard dat ik soms (lange tijd) geen voortgang maak of lijk te maken, omdat mijn onbewuste een eigen tempo heeft. Ik aanvaard dat ik soms voortgang gemaakt lijk te hebben, maar opeens weer terug bij 'start' lijk te zijn. Ik aanvaard dat het emotionele aspect van acceptatie veel energie kan kosten, eigenlijk een soort topsport kan zijn, en mij langzamerhand uit kan putten. Daarom zorg ik goed voor mezelf en ben ik niet te streng voor mezelf.
Ik aanvaard dat mijn conditie niet over gaat
Ik aanvaard dat mijn conditie chronisch is (niet over gaat). Zeker als ik of mijn behandelaren eerder dachten aan een te behandelen problematiek kan dit een schok zijn, waar ik tijd voor nodig heb om die te verwerken. Misschien dat ik dacht alleen burn-out te zijn en met een half jaar weer de goede kant op zou gaan. Of mijn eerdere diagnose was een persoonlijkheidsprobleem, waarmee ik na een jaar of twee 'genezen' zou zijn. Maar dat is niet het geval. Autisme blijft mijn leven lang bij me. Het gaat nooit weer over.
Ik aanvaard dat mijn autisme tot schade heeft geleid
Ik aanvaard dat mijn autisme tot schade heeft geleidt en ik neem de verantwoordelijkheid om daar wat mee te doen. Misschien ben ik zelf beschadigd en denk ik terug aan de dingen die mis gingen in mijn leven, aan de dingen die ik geprobeerd hebt maar niet gelukt zijn, aan de pijn die andere mensen me bedoeld of onbedoeld hebben aangedaan. Misschien heb ik zelf bedoeld of onbedoeld andere mensen schade toegebracht: mensen afgestoten die me probeerden te helpen, eisen gesteld waar anderen nooit aan konden voldoen. Buiten elke vraag van schuld neem ik dit zoals het is.
Ik zoek hulp als het mij niet alleen lukt
Als merk dat ik de pijn van mijn verleden eigenlijk niet alleen kan verdragen, zoek ik hulp. Misschien bescherm ik mijzelf tegen mijn pijn met een muur van woede. Of met minderwaardigheid en schuldgevoel. Of met afstandelijkheid en onverschilligheid. Dergelijke verdedigingen zijn zichzelf versterkende mechanismen, waardoor ik er niet op eigen kracht uit kan ontsnappen. Ik heb hulp nodig van iemand die me steun geeft. Mijn pijn kan eigenlijk alleen maar goed helen in de aanwezigheid van iemand anders, die ziet hoeveel pijn ik heb en die me erbij houdt als ik er in wegzak. Zolang ik er alleen mee blijf zitten, is het alsof mijn verdriet, woede en angst er niet mogen zijn, alsof ik met deze pijn niet mag bestaan. Maar wanneer ik mijn onplezierige emoties deel, is het alsof ook dat deel van mij recht van bestaan heeft gekregen. Ik mag er zijn, met al mijn verdriet.
Ik leer meer over autisme en de betekenis ervan voor mij
Als onderdeel van mijn acceptatieproces leer ik meer over autisme en manieren om er mee om te gaan. Ik lees er over op internet of in boeken. Ik ga naar conferenties of bijeenkomsten. Bij een instelling voor geestelijke gezondheidszorg leer ik in een paar sessies wat autisme is, waar ik wel of geen problemen mee heb en wat mijn sterke kanten zijn (psycho-educatie). Ik ga naar een gespreksgroep voor mensen met autisme. Bij hen vindt ik veel herkenning en leer ik hoe anderen autisme ervaren en er mee om gaan. Ook mensen in mijn directe omgeving leren meer over autisme. Ze lezen met me mee. Ik vertel hen wat ik geleerd heb. Ik praat er met hen over. Aan het einde van mijn psycho-educatie gaan ze een keer mee.