Autisme gaat soms gepaard met eetstoornissen en is een van de sterkste voorspellers van een chronisch beloop van de eetstoornis.
van de Nederlandse, Franse en Zweedse volwassenen met autisme heeft een eetstoornis
van de Zweedse en Britse volwassenen met een chronische eetstoornis heeft ook autisme
van de Zweedse patiënten met autisme kreeg eerder de diagnose anorexia nervosa
In vergelijking met patiënten zonder autisme worden patiënten met anorexia en autisme drie keer zo vaak opgenomen voor behandeling (18% vs. 5%)
leeftijd waarop anorexia gemiddeld begint
gemiddelde Body Mass Index (BMI) van anorexia patiënten bij opname
Evenveel autistische als niet-autistische adolescenten en jongvolwassenen met een eetstoornis maakt hun behandeling af
Autistische en niet-autistische adolescenten en jongvolwassenen met een eetstoornis vertonen evenveel vooruitgang in de behandeling (1,8 BMI punt)
Ik heb een eetbuistoornis. Ik hou van eten. Vaak stop ik pas wanneer ik misselijk wordt. Ik heb niet veel hobbies. Eten is mijn hobby.
Ik heb Asperger en ook last gehad van anorexia. Als student voelde ik me overvraagd en heel erg geïsoleerd. Om daar mee om te gaan begon ik mijn voedselinname te beperken. In het begin voelde ik me nooit dik, maar het gaf me een goed gevoel om ergens controle over te hebben. Door met een hele kleine hoeveelheid voedsel te kunnen doen voelde het alsof ik iets presteerde. Door het uithongeren werd ik me op den duur meer bewust van mijn lichaam. Zo werd ik geobsedeerd met mijn gewicht en begon ik steeds minder en minder calorieën in te nemen. Toen de "vet is slecht" gedachte eenmaal in mijn hoofd zat kon ik er pas met behandeling weer van af komen.
Ik heb recent een autismediagnose gekregen en strijdt al tien jaar met boulimia nervosa. Ik eet soms heel weinig en dan weer veel te veel. Daarna ga ik dan drie uur hardlopen, of ik doe zoveel gewichtstraining dat ik het gevoel krijg dat mijn lichaam het begeeft. Ik weet niet wat het is, maar het heeft voor mij niets te maken met slank willen zijn of zoiets.
Ik heb van kinds af aan al een selectieve eetstoornis. Soms heb ik echt honger, maar ik kan het niet hebben als voedsel er vies uit ziet of een rare structuur heeft. Dan kan ik het gewoon niet eten. Ik kan geen tomaten, bananen, vis, wortels, noten, vlees met bot, rozijnen eten en dan kan ik nog wel even doorgaan. Mijn huisarts maakt zich zorgen over mijn eetgewoontes, maar ik kan mezelf er gewoon niet toe zetten om bepaalde dingen te eten.
Ik heb een nachtelijke eetstoornis. Overdag eet ik niet veel en ik slaap slecht. Als ik dan wakker wordt krijg ik honger en eet ik alles wat ik kan vinden. Het is een soort patroon geworden, waarin ik niet veel trek heb gedurende de dag en dan 's nachts opeens ga eten.
Ik heb al vanaf mijn twaalfde eetstoornissen. Het begon met anorexia. Met eten bezig zijn was mijn bijzondere interesse. Ik werd geobsedeerd met de getallen. Ik had problemen met communiceren, dus ik gebruikte mijn lichaam om voor mij te communiceren. Toen ik ongeveer 20 was stapte ik over op boulimia, omdat mijn lichaam mezelf uithongerde en voedsel nodig had. Vaak wanneer ik purgeer is het niet eens zo zeer dat ik gewicht wil verliezen, maar is het iets sensorisch. Ik hou niet van het gevoel te vol te zitten. Ik moet purgeren om van dat onprettige gevoel af te komen.