Autisme als aanhoudende opiumverslaving

Voor de geboorte is het brein rijk aan sterke opiaten, die het ongeboren kind rustig houden. Na de geboorte verschuift de productie naar zwakkere opiaten. Bij autisme is deze ontwikkeling vertraagd, waardoor het autistische kind een soort van opiumverslaafde blijft.

Belang

 
De opioïde overschot theorie van autisme stelt dat autisme veroorzaakt wordt door een overschot aan lichaamseigen opiaten. Voor de geboorte is het brein rijk aan sterke opiaten, die het ongeboren kind rustig houden. Na de geboorte verschuift de productie naar zwakkere opiaten. Bij autisme is deze ontwikkeling vertraagd, waardoor het autistische kind een soort van opiumverslaafde blijft, die nauwelijks reageert op zijn sociale omgeving.
 

Autismepaspoort

 
Naam theorie Opioïde Overschot
Perspectief Neuropathologie
Auteur Jaak Panksepp
Beroep neuropsycholoog
Instelling Bowling Green State University (BGSU), Ohio
Nationaliteit Amerika
Medestanders Sociale Motivatie
Tegenstanders alle andere theorieën
 

Stellingen

1
In tegenstelling tot de heersende opinie moet autisme primair gezien worden als een emotionele stoornis in plaats van een cognitieve stoornis. Bij kleine kinderen hebben taal en cognitie de functie van het overbrengen van emoties. De vertraagde cognitieve ontwikkeling in autistische kinderen is een secundaire stoornis, die het resultaat is van hun lage sociale motivatie.
2
Een specifiek mechanisme in het brein van dieren leidt ertoe dat dieren het gezelschap van anderen zoeken. Het toedienen van een lage dosis van opiaten zoals morfine zorgt ervoor dat jonge dieren (1) minder huilen wanneer ze van hun ouders gescheiden worden, (2) minder behoefte tonen aan sociaal gezelschap, (3) extreem vasthoudend worden in hun gedrag. (4) ongevoelig worden voor pijn en (5) vlagen van motorische hyperactiviteit (stimming) afwisselen met vlagen van rust.
3
Het gedrag dat dieren vertonen na het toedienen van opiaten lijkt op het gedrag dat Leo Kanner observeerde bij autistische kinderen: (1) ze huilen niet zo snel als anderen kinderen wanneer ze van hun ouders gescheiden worden, (2) ze hechten zich slechter aan hun ouders en (3) ze hebben een lage sociale motivatie. Op basis van deze vergelijking kan worden veronderstelt dat autistische symptomen veroorzaakt wordt door een overactief opioïde systeem in het autistisch brein.
4
Bepaalde gebieden van het brein zijn voor de geboorte rijk aan sterke opiaten, die het ongeboren kind rustig houden zolang het in de baarmoeder verblijft. Naarmate het kind zich verder ontwikkelt verschuift de productie van opiaten naar zwakkere opiaten, die minder lang werken. Bij autisme vindt deze ontwikkeling ernstig vertraagd plaats, waardoor het autistische kind een soort van opiumverslaafde blijft, die ongevoelig is voor pijn en nauwelijks reageert op zijn sociale omgeving.
5
Autisme kan behandeld worden door het toedienen van medicatie die de emotionele reactie van autistische kinderen bevorderd. Dit betekent dat ze meer gaan huilen of ander gedrag gaan vertonen dat de zorg van hun ouders oproept. Dit kan gaan om opiaatblokkers (medicijnen die de werking van lichaamseigen opiaten tegengaat), maar ook om selectieve serotonine heropnameremmers (medicijnen die de heropname van serotonine tegengaan), waardoor autistische kinderen minder emotioneel afstandelijk worden.

Ontwikkeling

  • 1979Panksepp

    De Amerikaanse neuropsycholoog Jaak Panksepp ontdekt dat morfine de sociale motivatie van raten verminderd en introduceert op basis van dit onderzoek de "opioïde overschot hypothese". Hij noemt het een neurochemische theorie van autisme.
  • 1981Reichelt e.a.

    De Noorweegse geneeskundige Karl Reichelt en collega's observeren een verhoogd niveau van opioïde peptides in de urine van autistische kinderen.
  • 1987Panksepp & Sahley

    Samen met Tony Sahley publiceert Panksepp Brain opioids and autism: an updated analysis of possible linkages. In dit artikel herhalen zij de stelling dat autisme een "verstoorde overactivatie" of "hypergevoeligheid" van het opioïde systeem is en dat blokkering van de activatie van opioïdes een effectieve behandelmethode kan zijn.
  • 1991Reichelt e.a.

    Reichelt en collega's publiceren een artikel waarin zij wijzen naar gluten en caseïne als de dieet-gebaseerde oorzaak van autisme en een gluten- en caseïne-vrij dieet als een effectieve behandeling voor autisme.
  • 1996D'Eufemia e.a.

    De Italiaanse kindergeneeskundige Patrizia D'Eufemia en collega's concluderen dat er bij kinderen met autisme sprake is van abnormale doordringbaarheid van de ingewanden en speculeren dat een "lekkende darm" de oorzaak kan zijn van verhoogde doorlating van peptides en als gevolg daarvan het afwijkende gedrag van autistische kinderen.
  • 1998Wakefield e.a.

    De Britse geneeskundige Andrew Wakefield en collega's publiceren een fraudulent artikel waarin zij suggereren dat abnormale doordringbaarheid van de ingewanden bij autistische kinderen wordt veroorzaakt door de BMR (bof, mazelen, rodehond) vaccinatie. Het artikel werd later teruggetrokken en Wakefield werd verwijderd uit het medisch register vanwege onethisch gedrag.
  • 2015Roy e.a.

    Britse onderzoekers publiceren een overzichtstudie naar de effectiviteit van opioïdeblokkers. Zij concluderen dat de opioïdeblokker naltrexone een subgroep van hyperactieve en rusteloze kinderen met autisme kan kalmeren, maar dat gebruik van het medicijn bij de meerderheid van de autistische kinderen geen impact heeft op hun autistische gedrag.
  • 2016Lazaro e.a.

    Braziliaanse onderzoekers publiceren een evaluatie van de opioïde overschot theorie. Zij stellen dat "de huidige literatuur de opioïde overschot theorie niet ondersteunt, omdat er nooit een abnormaal niveau van opioïde peptides is gevonden in het centrale zenuwstelsel van mensen met autisme."

Auteur

Jaak Panksepp (1943) is een Estland geboren neuropsycholoog die tijdens zijn werkzame leven onderzoek deed naar emoties bij mensen en dieren. In 1998 schreef hij het boek Affective Neuroscience: The Foundations of Human and Animal Emotions, waarmee hij de term affectieve neurowetenschap introduceerde als benaming voor hersenonderzoek gericht op het begrijpen van de werking van menselijke en dierlijke emoties. Naast een theorie over autisme formuleerde hij ook een theorie over ADHD.

Ontvangst en discussie

Niet-autisten

Wetenschap
In overzichtsartikels van onderzoek naar gluten- en caseïne-vrije (GVCV) diëten concluderen Amerikaanse onderzoekers in 2009, 2011 en 2015 dat er vooralsnog een gebrek aan bewijs is voor de effectiviteit van GVCV-diëten als behandelmethode voor autisme.

Autisten

Wrong Planet
In een Wrong Planet discussie over de vraag of iemand ook minder autistisch kan worden of altijd even autistisch blijft wordt het gluten- en caseïne-vrije dieet als een van de manieren om minder autistisch te worden. "Ik ben ervan overtuigd dat het dieet werkt, want ik kon duidelijk het verschil merken in een grotere gevoeligheid voor pijn en minder autistisch zijn," schrijft een forumlid. Een ander lid is het daar totaal niet mee eens. "Het enigste wat er gebeurd is, is dat je jezelf het overtuigt dat het werkt. Maar je gelooft in een sprookje als je gelooft dat dit dieet werkt."

Betekenis voor autismevriendelijk Nederland

 
In autismevriendelijk Nederland wordt duidelijk onderscheid gemaakt tussen oorzaken en bijkomende stoornissen van autisme. Net als stemmingsstoornissen en taalstoornissen worden ook maag-darmstoornissen niet gezien als oorzaak, maar als een bijkomende factor in autisme. Daarom worden alleen autistische kinderen en volwassen waarbij sprake is van intolerantie voor gluten of caseïne aan een glutenvrij en/of caseïnevrij dieet onderworpen.
 

Links

Comments are closed.